Het Spaanse Baskenland is voor velen onbekend terein. En dit terwijl dit noordelijk gelegen gebied een bijzonder eigenzinnig karakter heeft.
De basken hebben een bonte geschiedenis met een eigen taal, architectuur en keuken. De reden hiervan is onder andere het uniek landschap dat er voor gezorgd heeft dat de Baskische bevolking zich op een geheel eigen manier hebben kunnen ontwikkelen. Leuk om te weten is dat ’s werelds beste chefs uit deze omgeving komen.
Lekker eten dus.
Niet toeristisch maar absoluut adembenemend zijn de vele kustplaatsjes in het groenere Noord Spanje waar de wijn en tappas, de zogenaamde pintxos, ons goed smaken. Je vindt er slaperige vissersdorpjes, monumentaal erfgoed en excentrieke gebouwen en tussendoor eet je spaans-zalig. Wij hebben de 3 beste tips voor je!
Bilboa
Natuurlijk hebben we de hoofdstad van de provincie op de eerste plaats gezet. Bilboa heeft een grote haven en industrie wat de stad een rauw maar plezant sfeertje geeft. Het oude centrum, Casco Viejo, met smalle kronkel straatjes en kleine stadspleintjes bieden contrast. De belangrijkste stop is het Guggenheim museum. Dit blinkende gebouw van glas, natuursteen en titanium wordt als een van de belangrijkste bouwwerken van deze tijd gezien.
San Sebastian
Voor de echte Baskische cuisine stoppen we bij San Sebastian nabij de Franse grens. Het eten is betrekkelijk goedkoop, de kwaliteit onwaarschijnlijk goed. De hier zo fameuze pintxos zijn net wat anders dan de Spaanse tapas. Tapas worden geserveerd of besteld bij een koud glas bier of wijn. De Pintxos worden eerder als buffet aangeboden.
De witte stranden van San Sebastian met aan de boulevard kleine cafe’s en restaurants zijn verbluffend.
Het Baskische landschap
Het kenmerkende landschap met hoge bergen heeft de Basken altijd al geografisch gescheiden van Spanje en de rest van Europa waardoor de mensen zich op geheel unieke wijze hebben ontwikkeld. Het zeeklimaat zorgt voor aangenaam milde temperaturen vooral in het vroege voor- en late najaar. In vergelijking met de Spaanse Costa’s regent het er veel. Daar staat natuurlijk wel een frisgroen uitzicht voor in de plaats. De 3 beste tussenstops in de Baskische achterhoek:
– Pyreneeën: Adembenemend berglandschap dat bij uitstek geschikt is om te wandelen of mountainbiken. De skigebieden zijn klein maar rustig en nog onontdekt door de grote massa.
– Mundaka: Slaperig visserdorp dat van tijd tot tijd tot leven komt als grote golven de baai inrollen en surfers te water gaan. De kustweg er naar toe is prachtig.
– Gaztelugatxe. Dit kleine eiland voor de kust is verbonden door een door mensen gemaakte brug. Bovenop het eiland bevind zich een parel van een kerkje (Gaztelugatxeko Doniene). Na een lange klim wordt je beloond met prachtig uitzicht.